Modelbouwtips:

Hieronder vind u een aantal algemene bouwadviezen en uitleg zoals deze bij onze bouwsets wordt geleverd.

Een recente bouwbeschrijving met vele bouwtips vind u hieronder als PDF bestand: Klik HIER om de bouwbeschrijving van de HSM goederenwagens te bekijken.

Daarnaast staan bij de sub-menu's boven veelal ook algemene beschrijvingen over de bouwsets.

 

Voorbereiding
Vaak is het mogelijk uw model in meerdere uitvoeringen te bouwen. Lees daarom vooraf goed de bouwbeschrijving en alle verschillen die mogelijk zijn waarna u uw gewenste uitvoering kiest. Merk vervolgens met een merkstift in de bouwbeschrijving de diverse zaken aan die voor u van belang kunnen zijn zoals gaatjes die geboord moeten worden voor lage of hoge sluitseinen, varkensoortjes, dak ontluchters, luchtslangen etc. Merk dit ook op de tekening aan om vergissingen te voorkomen.

Zorg ervoor alle bramen (gietbramen of hechtpunten bij etswerk) goed zijn verwijderd voordat de onderdelen plaatst. Eerst even koud passen voor u wat vastlijmt of eerst met een zeer klein beetje lijm / soldeer wat hechten kan veel problemen voorkomen indien een onderdeel toch niet naar uw wens gemonteerd blijkt te zijn.

terug naar overzicht tips 

Gereedschap
Zorg ervoor dat u over de volgende goed gereedschappen beschikt voordat u begint. Grote gereedschappen die u in de "rommelbak" bij de doe het zelf zaak vind zijn niet te gebruiken. Controleer bij aanschaf van een tang of de twee helften niet of nauwelijks ten opzichte van elkaar kunnen bewegen (of het scharnierpunt dus goed strak is uitgevoerd) en of de bek goed passend sluit en ook hierin geen zijdelings beweging tussen de twee helften mogelijk is. Wij adviseren voor de bouwsets het volgende gereedschap:

terug naar overzicht tips 

Vijlen van onderdelen:
Zorg er bij het vijlen altijd voor dat u voldoende steun onder het onderdeel heeft. Probeer altijd zo dicht mogelijk bij de te  bewerken zijde het onderdeel in te klemmen of met uw vingers vast te houden. Hierdoor voorkomt u verbuiging of breuk. Gebruik bij het vijlen geen grove houtvijltjes maar kleine naaldvijltjes (deze vijltjes zijn meestal max. 5mm breed). Bij het wegvijlen van soldeerresten eerst de vijlen langs een krijtje halen zodat de vijl niet verstopt raakt met tin. Als dit toch gebeurd dan schoonmaken met een messing borsteltje.

Vouwen van messing onderdelen:
Diverse messing onderdelen dienen voor montage gevouwen te worden. Zij houden bij l onze bouwsets aan dat de vouwlijn hierbij aan de binnenzijde komt, tenzij dit uitdrukkelijk anders wordt aangegeven met tekst! I.v.m. duidelijkheid kunnen bepaalde vouwlijnen op de bouwbeschrijving op de “verkeerde” zijde zijn getekend, houd echter steeds de bovenstaande regel aan!
Bij het vouwen van onderdelen dient u zoveel mogelijk het zwakste (kleinste) deel naast de vouwlijn in te klemmen in de bankschroef. Hierdoor voorkomt u vervorming van deze delen. Natuurlijk is dit niet altijd mogelijk maar probeer dit zoveel mogelijk aan te houden.

Schoonmaken van messing modellen met een langere bouwtijd:
Als u uw bouwset niet in eens afbouwt is het raadzaam om voordat u het model weglegt dit goed schoon te maken met lauw water om resten soldeervloeistof te neutraliseren. Hierdoor voorkomt u aantasting van o.a.de assen en wielbanden. Indien een stalen onderdeel enkele maanden naast een juist gesoldeerde verbinding ligt kan er een behoorlijke roestvorming optreden!

terug naar overzicht tips 

Compensatie, hoe en waarom?
Onze modellen worden geleverd met de mogelijkheid om het onderstel gecompenseerd te bouwen. Deze compensatie heeft dezelfde functie als bij een afgeveerd model namelijk alle wielen op de rails te houden. Dit resulteert in een betere stroomafname en een  aanzienlijk grotere trekkracht waardoor slipbandjes achterwege kunnen blijven.
Het principe is gelijk aan een kruk op drie poten. Deze poten staan altijd op de grond. Bij een model met twee assen werkt dit als volgt:
Twee "poten" worden gevormd door de lagers aan de einden van één as. De derde poot is het draagpunt in het midden van de andere as  (dus niet de lagers op de aseinden). Deze laatste as kan op dit draagpunt verticaal een beetje kantelen. Door de druk op de as zullen de beide wielen altijd op de rail blijven, onafhankelijk van de stand van de andere as. Bij de nieuwe modellen vanaf 2001 is de mogelijkheid zijn ingebouwd om het onderstel desondanks toch star te kunnen bouwen, dit voornamelijk voor degene die de modellen voor de vitrine bouwen.

Om het balansijzer te kunnen laten bewegen dient u een keus te maken met de montage van de veerpakketten en aspotten. U kunt deze in één geheel iets vrij van het balansijzer aan de stelbalk lijmen (kunststof exemplaren) of u monteert het veerpakket aan de stelbalk en de aspot op het balansijzer. Bij deze laatste optie is er een wat stevigere verbinding mogelijk en een strakkere aansluiting van de aspot tegen het balansijzer. Vooral bij de messing modellen raden we deze wijze aan omdat u de aspot stevig tegen het balansijzer kunt solderen.

terug naar overzicht tips 

Aanbrengen van de Waterslide transfers
In tegenstelling tot onze oudere bouwsets hebben wij vanaf 2000 alle modellen van waterslide transfers voorzien. De transfers zijn in kleur gedrukt op een zeer dun dragervel dat na afwerking niet of nauwelijks meer zichtbaar is op het model (zie de foto's van de gebouwde modellen).
De transfers brengt u als volgt aan:
Knip deze zo dicht mogelijk bij de gewenste tekst uit en leg ze in een bakje water. Niet twee delen tegelijk in het water leggen, u heeft dan kans dat ze aan elkaar gaan kleven. De transfers komen meestal niet geheel los van het dragervel. Hierdoor is het eenvoudiger ze aan te brengen. Maak eerst de plaats waar de transfer komt op het model wat nat met wat Microset vloeistof. Gebruik van water hierbij is ook mogelijk maar geeft meer kans op luchtbellen en achteraf wat mat achtige plekken onder de transfer.
Schuif nu de transfer iets van het drager vel door deze tussen uw vingers te klemmen. Houdt het afgeschoven deel op de juiste plaats op het model en trek zeer voorzichtig het dragervel onder de rest van de transfer uit. U kunt de transfer nu met een ZACHT kwastje met wat Microset eenvoudig iets verschuiven en grotere luchtbellen er uit wrijven (met de kwast!). Als u tevreden bent over de plaats laat u de transfer drogen. Voorzichtig deppen met tissue kan ook maar let zeer goed op dat e.e.a. niet verschuift! Na droging (ca 20 minuten) brengt u transfer weekmaker aan (b.v. Microsol). Deze vloeistof maakt de transfer week zodat deze perfect over b.v. klinknagels valt. Breng na zo’n 15 minuten nogmaals de vloeistof aan en laat het goed drogen. Deppen raden wij AF omdat de transfer ook wat kleverig wordt en aan het depdoekje / tissue kan hechten. Als u luchtbelletjes ziet kunt u ter plaatse met een naald een klein gaatje prikken. Indien de transfer na droging niet naar tevredenheid over het reliëf zit kunt u deze weer met weekmaker behandelen. Als laatste kunt u de transfer van een fixeerlaag (Microset) voorzien (deze verstevigd het transfer).

terug naar overzicht tips

Soldeertechnieken
Voor het solderen kunt u diverse technieken toepassen. Voor een zeer uitvoerige beschrijving over solderen adviseren wij u het boekje “Soldeerologie” lezen, verkrijgbaar bij GM&S te Haarlem. Deze leveren ook diverse soldeermaterialen waaronder diverse gereedschappen.
Allereerst willen wij u adviseren te werken met soldeerverf of soldeer pasta! Dit is het ideale soldeermiddel voor messing bouwsets. Soldeerverf is een mengsel van soldeervloeistof en gemalen tin. Soldeerpasta is een dikkere variant ervan welke u kunt verdunnen tot “verf’”. U brengt deze soldeerverf met een kwastje aan op de juiste plaats en verhit het met een soldeerbout, vlam of WSA. Even wachten tot de tin vloeit (gaat koken) en af laten koelen. U zult zien dat er slechts een zeer dun laagje soldeer achterblijft welke u gemakkelijk met de glasvezelpen verwijdert. Het materiaal laat nagenoeg geen resten af en het restant vloeimiddel laat zich in een sopje zeer eenvoudig verwijderen. Bij normaal soldeer heeft u kans op meer overtollig tin en dient u het object warmer te maken door het meestal hogere smeltpunt. De door ons geadviseerde (en leverbare) soldeerverf smelt al bij 188 graden. Zodra u dit materiaal heeft geprobeerd wilt u niet meer terug naar enkel normaal soldeer tin! terug naar overzicht tips

Soldeerbout
Een soldeerbout van minimaal 40 Watt is aan te raden. Zwaarder kan ook maar hiervoor zijn niet altijd fijne punten leverbaar. Vraag bij uw gereedschap handelaar naar zgn. “Longlife” stiften met een redelijk spitse punt . Deze punt dient een glad vlak te hebben van ongeveer  3mm zodat u aan wat groter contactvlak krijgt. De soldeerbout gebruikt u om de ‘normale’ onderdelen aan elkaar te zetten. Gebruik een niet corrosief vloeimiddel (b.v. S 65, GEEN S 35!!) en soldeer zonder harskern. Ontvet de onderdelen eerst goed en zorg voor voldoende houvast aan het onderdeel. Te dicht bij de soldeerplaats vasthouden zult u vlug afleren…. Gebruik eventueel een ‘derde hand’. Het nadeel van de soldeerbout is het verhitten van het geheel. Vaak kunnen onderdelen op andere plaatsen loslaten tijdens het solderen. Een goede oplossing is te vinden in het gebruik van natte watjes. Deze plaatst u om de omliggende onderdelen zodat deze niet los kunnen komen. U kunt hierdoor verbazend dicht op elkaar onderdelen solderen. Het verhitten van de onderdelen kan tot nog een probleem leiden, namelijk kromtrekken. Dit geld dan vooral bij het vastzetten van grotere onderdelen aan elkaar. Een voorbeeld is het solderen van dunne stelbalken aan het (stuk grotere) onderstel. U zet de delen daarom slechts op een paar plaatsen vast in plaats van het geheel over de volledige lengte te solderen. Het voordeel van een bout t.o.v. een brandertje is de temperatuursbeheersing bij kleine onderdelen. Vooral dunne draad (of een zijwand!) kan daarbij snel te heet worden en daardoor erg slap worden. Draad kunt u zelfs verbranden. Bij het solderen van de zijwanden dus bij voorkeur de bout gebruiken. Resten soldeer kunt u met een schrapertje weg krabben en de rest op poetsen met de glasvezelpen. Probeer altijd zoveel mogelijk onderdelen vanuit plaatsen die niet in het zicht komen vast te zetten (binnenzijde). Hiermee is rekening gehouden in het ontwerp van onze modellen. terug naar overzicht tips 

Soldeerbrandertje
Dit apparaat werkt zeer snel en eenvoudig. Er zijn verschillende kwaliteiten leverbaar. Let op! De goedkoopste pen brandertjes van zo’n € 10,- op de markt zijn soms erg onbetrouwbaar en haast nooit geheel gasdicht. Probeer deze dus alvorens u deze koopt want bij lekken kunnen er gevaarlijke situaties ontstaan. Mocht u zo’n eenvoudig apparaat gebruiken, zorg dan voor een goede houder en een waxine lichtje voor het aansteken van de brander. Mocht u verdere plannen op soldeergebied hebben dan loont de aanschaf van een staand regelbaar brandertje zich zeker. Deze kosten ongeveer € 50,- maar als u er een heeft wilt u niet meer zonder (totdat u overstapt op een weerstand soldeer apparaat…). Ook de brander heeft zijn voor- en nadelen. Het voordeel is snelheid. U kunt vooral in combinatie met de genoemde soldeerverf erg snel werken. Ook hierbij kunt u met watjes voorkomen dat omliggende onderdelen los laten. Voor het vastzetten van de bovengenoemde stelbalken kunt u dus ook de brander gebruiken. Soldeerverf aan de achterzijde op een paar plaatsen en snel verhitten met een spitse vlam en de delen zitten vast zonder spanning of kromtrekken. Zoals vermeld is de hoge temperatuur ook vaak het nadeel van een brandertje. Een messing plaat is hier goed tegen ebstand maar dunne draad vaak niet! Ook in de buurt van kunststof onderdelen kunt u de brander beter niet gebruiken! In alle overige gevallen werkt de brander na enige oefening vaak sneller en effectiever dan de soldeerbout.
terug naar overzicht tips

Weerstandsolderen (WSA)
Deze techniek heeft als vereiste een (prijzig) weerstand soldeer apparaat (€ 200,- tot € 300,-).  Het is echter met wat handigheid mogelijk zelf een WSA apparaat te bouwen, hierover zijn diverse artiklen te vinden, o.a. in het boek “Handboek Modelspoor techniek” van G. Tombroek. Bij een weerstand soldeer apparaat wordt er stroom door de te solderen onderdelen gevoerd welke voor een zeer snelle verhitting zorgt. Er is geen opwarmtijd en met soldeerverf werkt het ideaal snel en schoon. Al de modelbouwers die wij spreken met een WSA zweren er sindsdien bij. Wij raden iedereen dan ook ten zeerste aan een dergelijk apparaat aan te schaffen als u meer met messing bouwsets wilt gaan werken! Een uitgebreide gebruiksaanwijzing wordt bij deze apparaten geleverd (Leverbaar via GM&S te Haarlem)
terug naar overzicht tips

Schilderen of spuiten:
Als uw uw model heeft gebouwd of een model wilt ombouwen is het schilderen of spuiten hiervan voor vele een grote drempel. Wij adviseren u speciaal bij de messing modellen een airbrush te gebruiken. Voor veel kunststof modellen van o.a. de goederenwagens is de juiste kleur als spuitbus verkrijgbaar, voor rijtuigen en locomotieven echter niet zover ons bekend omdat dit een gemengde RAL kleur is. Indien u voorkeur heeft voor een spuitbus adviseren wij u enkele speciale modelbouw spuitbussen te gebruiken (o.a. van Tamiya). Deze geven niet zo veel verf bij het spuiten als b.v. spuitbussen autolak. Schilderen met de hand is ook mogelijk maar niet met de bij ons leverbare lak. Gebruik daarvoor bij voorkeur Super Enamel van Humbrol of Tamiya verf en breng daarna een aantal dunne lagen extra zijdeglans vernis aan. De grote vrees voor het werken met een airbrush is vaak ongegerond. Voornamelijk de verf en juiste verdunning ervan zijn belangrijk, niet een (dure) airbrush set. Voor het spuiten van onze modellen is een zeer eenvoudige airbrushset met een spuitbus drijfgas al voldoende (b.v. van Revell). Deze zijn vaak al verkrijgbaar vanaf € 25,-. Regel de airbrush zodanig af dat deze een gelijkmatige hoeveelheid verf geeft. Heeft u geen ervaring met een airbrush dan adviseren wij u dit eerst te oefenen op een goedkoop ander model uit uw rommelbak (eerst zeer goed ontvetten). Mocht het spuiten desondanks mislukken dan kan de gehele verflaag bij onze bouwsets snel verwijderd worden door het model (zonder wielen!) in een bad remolie (of thinner) te leggen en weer opnieuw schoon te maken. Het door ons toegepaste kunststof wordt niet door de remolie of thinner aangetast en kan dus zonder bezwaar op dezelfde manier worden gereinigd mocht het spuiten niet lukken.
terug naar overzicht tips

Voorbereiding voor het spuiten en primer:
Haal voor het spuiten en schoonmaken eerst het model zover mogelijk uit elkaar. Leg de wielen apart weg. Eventueel kunt u nu uw messing model (laten) stralen en voorzien van grondlaag. Als u niet wilt of kunt stralen dan gaat u als volgt te werk (stralen is zeker niet noodzakelijk! Goed reinigen en zuinig met soldeer omgaan is voldoende). Ontvet het model met b.v. VIM schuurmiddel en een oude tandenborstel onder warm water. Spoel deze daarna ZEER GOED zodat er geen korrels schuurmiddel meer op aanwezig zijn. Messing modellen kunt u daarna nog de volgende behandelig geven wat tot een sterk verbeterde hechting leid: Neem een pan met half water en half azijn. Plaats het model hierin en breng het water aan de kook. Zodra het water kookt het model nog een tiental minuten laten staan en daarna uitnemen. Goed laten drogen (stofvrij!) en uw model is gereed voor een laag primer. Een alternatieve manier van ontvetten van messing modellen is het model in de vaatwasmachine plaatsen. Het iets bijtende afwas middel zorgt voor een mooi schoon model. Ook dan het model laten drogen en voorzien van primer. Kunststof modellen kunt u beter niet warmer dan ca 70 graden laten worden omdat er dan kans ontstaat op vervorming. Na droging spuit u het model met primer. Er zijn hiervoor meerdere opties:

De grondlaag dient u in ongeveer twee zeer dunne lagen aan te brengen. Na goed drogen kunt u het model in de definitieve kleur spuiten. Ook dit in meerdere dunne lagen doen! terug naar overzicht tips

Spuiten met de airbrush
Indien u met een airbrush werkt kunt u diverse verfsoorten gebruiken. Wij adviseren verf uit ons assortiment die echter alleen met thinner verdund kan worden (ca 1 deel verf op 1,2 delen thinner). Deze verf heeft een zeer goede dekking en droogt zeer snel. Ook trekt de verf niet op in de hoeken en is deze na droging zeer dun waardoor alle details goed tot hun recht komen. Bij een wagen of rijtuigbak spuit u eerst het model in de kleur van de bak en na afplakken pas het dak! Na het drogen van de primer brengt u de eerste dunne laag verf aan. Begin bij het spuiten altijd NAAST het model waarna u in één keer gelijkmatig over het model gaat, wederom tot naast het model. Hierdoor voorkomt u spetters. Begin steeds aan dezelfde zijde en ga in banen op ca 25cm afstand over uw model. Laat uw model na de eerste dunne spuitgang redelijk drogen voordat u een tweede laag aanbrengt. U dient het model altijd in meerdere lagen te spuiten en niet in één keer dekkend! terug naar overzicht tips

Afwerking van daken
Na het spuiten of schilderen van de wagenbak kunt u de bak aan de onderzijde van de dakrand afplakken met afplakband waarna u het dak kunt spuiten of schilderen. Om een goede imitatie van een met zand bestrooid dak of wat ruw bitumen te krijgen gaat u als volgt te werk: Spuit het dak met een spuitbusje Tamiya net tot de verf er glanzend opligt en dekkend is. Dit is dus wat dikker dan u zou toepassen op de zijwanden. Bestrooi nu onmiddelijk daarna het dak met straalgrit strooien voor de Badger zandstraal airbrush (aluminium oxide). Direct daarna het model omkeren en het overtollige zand afblazen. Na tien minuten het dak nogmaals spuiten in dezelfde kleur in een waas om alle korrels vast te zetten. Dun spuiten levert een iets onregelmatig effect in kleur op wat in onze ogen juist het model zeer realistisch maakt. Dekkend spuiten levert een egale kleur op maar let op dat u de verf voldoende laat drogen tussentijds om geen dikke verflaag te krijgen! terug naar overzicht tips 

Copyright M. Kastelijn 2004.